De grote opgave waar we als maatschappij voor staan, is de energie- en de warmtetransitie. Dit heeft ook grote financiële impact maar is vooralsnog moeilijk te kwantificeren. Dit kan niet zonder rijksmiddelen maar ook niet zonder investeringen van de gemeente. De opwekking van energie zal CO2-neutraal moeten plaatsvinden. Dit betekent ook dat we een andere infrastructuur nodig hebben om de opgewekte energie op het juiste moment op de juiste plek te krijgen. Ook het aardgasvrij maken van de bebouwde omgeving vraagt forse investeringen van bedrijven, particulieren, corporaties en overheden. Dit kan naar verwachting niet zonder rijksmiddelen.
De gemeente zal zelf nauwelijks investeren in hardware voor de grootschalige energieopwekking (wind/zon) of de warmtetransitie. Dat is voor de warmtetransitie met name aan particuliere huisbezitters, beleggers en corporaties. Energieleveranciers staan aan de lat voor verzwaring van het netwerk om zo voor de toekomst de energievoorziening te kunnen garanderen. Op het niveau van het laagspanningsnet zijn er in de bebouwde kom van Deventer circa 120 extra transformatorhuisjes nodig tussen nu en 2030 en 1 op de 3 straten gaat daarvoor op de schop. De investering van de transformatorhuisjes en het leggen van nieuwe kabels zijn voor rekening van de netbeheerder. Naast de uren voor vergunningverlening zullen we als gemeente ook kosten maken voor de herinrichting van de openbare ruimte. Door dit zo veel mogelijk te combineren met andere geplande werkzaamheden kunnen de kosten worden beperkt.
De ontwikkeling en realisatie van Smart Energy Hubs als remedie tegen de netcongestie vraagt naar verwachting ook om gemeentelijke investeringen.
Commerciële partijen en/of energiecoöperaties investeren in de aanleg en exploitatie van windmolens en zonneparken. Voor de realisatie van zonnepanelen boven parkeerplaatsen (solar carports) zal de veelal onrendabele top gefinancierd worden met publiek geld. De Tweede Kamer heeft in maart 2023 besloten dat parkeerterreinen zo veel mogelijk overdekt moeten worden met zonnepanelen. De financiële consequenties hiervan voor gemeenten, dus ook voor Deventer, is nog onbekend.
Er zijn onderdelen van het energiesysteem die nu nog niet belegd zijn en waar een investering van de gemeente gevraagd zal worden. Het gaat dan met name over energie infrastructuur.
- De Warmtewet 2.0 treedt in werking op 1 juli 2024. Hierin wordt geregeld dat de bestaande en nieuwe warmte-infrastructuur voor minimaal 50% + 1 in publieke handen komt. Na de inwerkingtreding is er een ingroeiperiode van 7 jaar. Na deze periode moeten alle warmtebedrijven voldoen aan deze eis. Dit kan grote investeringen vragen van de gemeente waartegenover inkomsten staan in de jaren ná de investeringen. Nog niet te overzien is het of hiervoor ook onrendabele investeringen van de gemeente nodig zijn. Het gaat niet alleen gelden voor Slim Warmtenet Zandweerd maar ook voor alle bestaande netten (bijvoorbeeld in de Deltabuurt en Keizerslanden) en andere mogelijke nieuwe warmtenetten.
- Toekomstbestendige energievoorziening op bedrijventerreinen in Deventer vraagt niet alleen Netverzwaring. Slim uitwisselen, omzetten en opslaan, en duurzaam laden van transport zijn belangrijke onderdelen van een toekomstbestendige Smart Energy Hub. De gemeentelijke rol zal vooral gericht zijn op procesbegeleiding en onafhankelijke informatievoorziening.
- Verschillende boerenbedrijven in de gemeente Deventer willen biogas opwekken uit rundveemest. Dit biogas kan omgevormd worden tot groen gas, waardoor het op de bestaande gasleiding ingevoegd kan worden. Dat is alleen haalbaar in een businesscase als boeren dat gezamenlijk doen. Dat vraagt een investering in een klein biogasnetwerk naar een gezamenlijk opwerkstation. We verwachten een financieringsvraag van deze ondernemers. Niet alleen voor het biogasleidingwerk maar mogelijk ook voor een toekomstgericht opwerkstation (waar in de toekomst meer boeren op kunnen aansluiten).